In opdracht van het Gelders Genootschap en in samenwerking met Huis en Erfgoed Collectief heeft Lotte Zaaijer in het voorjaar en najaar van 2019 energiescans uitgevoerd voor monumenten in de gemeenten Aalten, Oost Gelre en Winterswijk.

Energiescan

Met een energiescan wordt onderzocht welke energiebesparende en comfortverhogende maatregelen mogelijk zijn binnen een monument, met behoud van de monumentale waarden. Wat de maatregelen kosten en wat ze opbrengen, afgestemd op de gebruiker, zijn comfortwensen en budget. Daarnaast wordt het huidige energielabel berekend en welk label haalbaar is na verbetering van het monument.

Bij een energiescan werken een bouwhistoricus en energieadviseur samen. De monumentale waarden worden als basis genomen voor de mogelijke ingrepen. De bouwhistoricus beoordeelt de monumentale waarden van de schil en van diverse constructieonderdelen. De energieadviseur bepaalt de isolatiewaarden van de buitenschil en beoordeelt de installaties. Met deze gegevens worden drie pakketten voor energiebesparende maatregelen bepaald (oranje, geel, groen). De energiescans zijn uitgevoerd voor een boerderij, kerkgebouw, herenhuis en twee woonhuizen. In de adviezen zijn isolatiemogelijkheden benoemd (voor vensters, muren, daken), mogelijkheden om de installaties te verbeteren en zoekzones voor zonnepanelen. Daarnaast worden tips en producten meegegeven die geschikt zijn voor monumenten.Opdrachtgever: Gelders Genootschap (www.geldersgenootschap.nl)
In samenwerking met: Huis en Erfgoed Collectief (www.huisenerfgoed.nl)
Product: Energiescans
Periode: april – mei 2019

Lotte Zaaijer schrijft artikelen over actualiteiten op het gebied van gebouwd erfgoed, herbestemming en duurzame monumentenzorg (DuMo) voor de tijdschriften/ websites: NRP Platform, De Architect, Duurzaam Gebouwd, ArchiNed (2008-heden).

Voor NRP Platform voor Transformatie en Renovatie schreef Lotte Zaaijer een blogreeks over duurzame monumentenzorg (DuMo). Duurzame instandhouding van monumenten vraagt om maatwerk. Vaak wringt de wens om een monument energiezuinig te maken met de beschermde cultuurhistorische waarde van het pand. Wat zijn geslaagde voorbeeldprojecten, wat zijn knelpunten?

Blog 1: De kerk als merk
Blog 2: Sleutelen aan het klimaat in Paushuize
Blog 3: Innovatief vakmanschap

De kerk als merk

“Beschouw je kerk als merk.” Dat is het advies wat Marlo Reeders, directeur van de Grote Kerk in Naarden, kerken wil meegeven die zichzelf opnieuw moeten positioneren. “Voor Naarden staat kwaliteit bovenaan en dat is doorgevoerd van de koffiekeuze tot aan een comfortabel binnenklimaat. Duurzaamheid is voor de Grote Kerk van Naarden geen doel op zich, maar onderdeel van een strategie om de kerk toekomstbestendig te maken.”

Dat het slecht gesteld is met de bezetting van de kerken, is geen nieuws. De komende tien jaar komen mogelijk maar liefst duizend kerken leeg te staan. Om hierop te anticiperen is in 2014 de Agenda Toekomst Religieus Erfgoed opgesteld met 7 agendapunten, waaronder ‘Gebruik, exploitatie en financiering’. Onlangs is ook het project ‘Adopteer een kerk’ gestart waarin de komende 10 maanden gewerkt gaat worden aan de ‘10 geboden voor de herbestemming van een kerk’. Ook in de 10 geboden zal het thema duurzaamheid niet ontbreken. Een van de lastige opgaven bij het gebruik van een kerk is de hoge ruimte. Dit is niet alleen in het gebruik een lastige opgave, maar ook in de exploitatie. Hoe houd je controle over het binnenklimaat en hoe voorkom je dat kostbare warmte verloren gaat in de hoogte?

Ik nam alvast de proef op de som en bezocht de Grote Kerk in Naarden. Dit is een van de veertig Grote Kerken van Nederland waar jaarlijks, al sinds 1922, Bach’s Mattheus Passion wordt opgevoerd. Naast de kerkdiensten wordt de kerk gebruikt voor diverse concerten, beurzen en diners. De laatste jaren is hier stevig geinvesteerd in een luchtbehandelingsinstallatie om het comfort te vergroten en de energierekening verlagen. Met directeur van Stichting Grote Kerk Naarden, Marlo Reeders, spreek ik over de kerk als merk en duurzaamheid.

Kwaliteit als identiteitsdrager

De Grote Kerk Naarden is een open kerk, een centrum voor cultuur en samenleving. Je loopt er zo binnen, zonder een kaartje te kopen. Wat meteen opvalt is het geschilderde houten tongewelf dat afsteekt tegen de witgepleisterde muren, lichtgele zandstenen pijlers en het neutraal gekleurde vensterglas. Binnen de monumentale koorhekken zijn exposities, het koorhek zelf is regelmatig het decor voor concerten. Onder het tongewelf hebben koorbanken plaatsgemaakt voor losse stoelen, zodat de ruimte ingericht kan worden voor kerkdiensten, diners en beurzen.

De definiering van het merk, of de identiteit van de kerk, is de kapstok waar alles aan wordt opgehangen. Voor de Grote Kerk Naarden staat kwaliteit voorop. Niet alleen het onderhoud van de kerk zelf moet moet kwaliteit uitstralen, ook een comfortabel binnenklimaat is onderdeel van de beleving van kwaliteit (zo min mogelijk hinderlijke tocht). En alle evenementen die worden georganiseerd, van de koffie tot de planning, moeten kwalitatief hoogwaardig zijn. Het ‘merk’ is voor iedere kerk anders. Als ander voorbeeld noemt ze ‘Het dikke torentje’ in Eemnes. “Je moet een gevoel krijgen bij een product. Deze naam roept een gevoel op van een stoere en gezellige ruimte waar Eemnes samenkomt”.

Een optimaal binnenklimaat

Duurzaamheid is in de ogen van Reeders het zoeken naar een systeem dat de juiste condities schept voor het monument en bezoekers en dat energiezuinig is. Ze wijst me op een klein vitrinekastje in een nis van de kerk. “In het vitrinekastje komt straks een Middeleeuws beeld te staan, het Gooisch Vrouwtje”.  De vitrinekast wordt een volledig geklimatiseerde omgeving. Het koorhek is even oud en even monumentaal, maar dat staat gewoon in de ruimte. Het klimaat in de kerk moet, net als in de vitrinekast, zo optimaal mogelijk zijn voor het behoud van het koorhek, geschilderd tongewelf, orgels, muurschilderingen, etc. “De omstandigheden waren tot voor kort niet optimaal, omdat er een paar grote kachels stonden waarmee de ruimte in korte tijd met hoge temperaturen werd opgewarmd. Grote schommelingen in temperatuur en luchtvochtigheid zijn niet goed voor een monument”.

Lage temperatuurverwarming

Het luchtverwarmingssysteem is aangepast, de ruimte wordt nu met lage temperaturen verwarmd. In het gebouw van het kerkbureau, tegenover de kerk, staat de luchtbehandelingskast. Frisse voorverwarmde lucht wordt via een buis onder de straat getransporteerd naar de kerk en via vloerroosters aan- en afgevoerd. Onder de triforia zijn nozzles weggewerkt van waaruit warme lucht van bovenaf de ruimte in wordt geblazen en gerecirculeerd, een zogenaamde warmtedeken. In het middenschip is een deel van de tegels vervangen ten behoeve van vloerverwarming. In de ruimte is de basistemperatuur 15 graden, een minimale temperatuur voor orgels, en dit kan langzaam verder worden verwarmd. Op haar laptop laat Reeders zien hoe ze de temperatuur, luchtvochtigheid en CO2 niveau op diverse plekken in de ruimte kan volgen en regelen.

Een energiezuinig systeem is pas effectief als ook het warmteverlies voorkomen wordt. Een paar jaar geleden zijn de glas-lood-ramen al voorzien van voorzetbeglazing (museale opstelling). Op dit moment worden de mogelijkheden onderzocht voor tochtportalen bij drie veelgebruikte entrees. Deze bouwkundige ingrepen zijn relatief simpele maatregelen die iedere kerk zou kunnen nemen om warmteverlies te voorkomen en energielasten te verlagen.

Duurzaamheid en monumenten

Dit is wel een kostbaar duurzaamheidsproject, wat mogelijk is omdat deze kerk zo intensief wordt gebruikt. In 2013 kreeg de Stichting Grote Kerk Naarden naast de inkomsten uit evenementen nog € 400.000,= van de BankGiro Loterij voor de verduurzaming van de kerk. En onlangs werd bekend dat minister Bussemaker 20 miljoen euro beschikbaar stelt voor het onderhoud van de grote kerken, waaronder die in Naarden. Wat Reeders iedere kerk wil aanraden: zorg voor financiële reserves voor het onderhoud van de kerk. En zorg voor een onderhoudsplan dat tenminste zes jaar vooruit kijkt.

Maar hoe ver ga je met het verduurzamen van een kerk? Die ambitie hangt niet alleen af van het monument en de gebruiker, maar ook van de ambitie van de exploitant: wat moet de kerk uitstralen? Hoe ziet de kerk als merk eruit? Deze kerk ambieert haast een binnenklimaat zoals in een museum, maar niet iedere kerk heeft zoveel waardevolle interieurelementen. Het definieren van een merk kan richting geven aan keuzes, zoals op het gebied van duurzaamheid. Reeders: “En met een sterk merk en een goed plan haal je makkelijker geld op voor verduurzaming dan zonder”.

 

Opdrachtgever: NRP Platform voor Transformatie en Renovatie
Periode: september 2015-heden

Lotte Zaaijer werkte tussen 2009 en 2014 bij Architecten van Mourik. Zij heeft daar de ontwerpmethodiek Levensduurzaamheid ontwikkeld, een basis voor circulaire architectuur.

Levensduurzaamheid is een ontwerpmethodiek die leidt tot een optimale afstemming tussen het materiaalgebruik en de te verwachten levens- en gebruiksduur. De methodiek maakt onderscheid tussen vier scenario’s voor de toekomst van een gebouw, op de assen permanent, tijdelijk, specifiek en generiek). Op basis van de scenario’s kunnen strategieën per bouwelement bepaald worden (constructie, ontsluiting, huid, installaties, binnenwanden).

De ontwerpmethodiek is vertaald naar duurzaamheidsconcepten voor projecten. Ook is de methodiek ingebed in het ontwerpproces van het bureau. Het bureau is vervolgens ISO 14001 gecertificeerd (milieumanagementsysteem). Na vijf jaren van toepassing van de ontwerpmethodiek blikte Lotte terug in deze blog.